Senior researcher International Comparative Research (WHO)
Publicatie
Publication date
Primary care quality management in Slovenia.
Boerma, W.G.W., Kringos, D.S., Verschuuren, M., Pellny, M., Bulc, M. Primary care quality management in Slovenia. Kopenhagen: WHO Regional Office for Europe, 2008. 83 p.
Download the PDF
Van de huisartsen in Slovenië voelt 86% weinig voor kwaliteitssystemen om de zorg te verbeteren. Een helder nationaal kwaliteitsbeleid, bijscholing voor zorgmanagers en financiële prikkels voor huisartsen kunnen hier verandering in brengen, zo blijkt uit onderzoek van het NIVEL dat is uitgevoerd op initiatief van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO). De resultaten zijn gepubliceerd in een WHO-rapport.
Incidenteel
De gemiddelde Sloveense huisarts houdt zich incidenteel bezig met kwaliteitsverbetering. Hij doet bijvoorbeeld weinig praktijkgericht onderzoek en consulteert maar sporadisch een specialist. Ook structurele kwaliteitsaudits vinden summier plaats. Hoewel een ruime meerderheid van de huisartsen regelmatig klinische richtlijnen gebruikt, zijn deze veelal gedateerd en zonder nationale regie tot stand gekomen. Gevraagd naar de effecten van kwaliteitsinterventies, verwacht meer dan de helft van de huisartsen dat deze tot hogere kosten en extra werkdruk zullen leiden.
Loondienst
In Slovenië zijn de meeste huisartsen in loondienst. Hun leidinggevenden zeggen te weinig managementinformatie te krijgen over de geleverde kwaliteit in hun gezondheidscentra. Het ontbreekt bijvoorbeeld aan regelmatige functioneringsgesprekken met huisartsen. Huisartsen worden nauwelijks geprikkeld om te reflecteren over de dagelijkse gang van zaken en de geleverde kwaliteit van zorg en service in de praktijk. De huisartsen waren het er unaniem over eens dat een stimulerende aansturing beter werkt dan het toepassen van sancties.
Verbetering
In een overeenkomst met de WHO verklaarde het Sloveense ministerie van volksgezondheid kwaliteitsbeheersing en verbetering in de eerste lijn tot een nationale prioriteit. In 2007 vroeg de WHO haar Collaborating Centre NIVEL hiervoor een kwaliteitsmanagementinstrument te ontwikkelen. Dit instrument is onder meer getest in twee regio’s in Slovenië. Het rapport biedt handvatten en gerichte aanbevelingen om de zorgkwaliteit in Slovenië beter te managen. De aanbevolen strategieën kunnen ook voor beleidsmakers en huisartsen in andere landen relevant zijn.
Incidenteel
De gemiddelde Sloveense huisarts houdt zich incidenteel bezig met kwaliteitsverbetering. Hij doet bijvoorbeeld weinig praktijkgericht onderzoek en consulteert maar sporadisch een specialist. Ook structurele kwaliteitsaudits vinden summier plaats. Hoewel een ruime meerderheid van de huisartsen regelmatig klinische richtlijnen gebruikt, zijn deze veelal gedateerd en zonder nationale regie tot stand gekomen. Gevraagd naar de effecten van kwaliteitsinterventies, verwacht meer dan de helft van de huisartsen dat deze tot hogere kosten en extra werkdruk zullen leiden.
Loondienst
In Slovenië zijn de meeste huisartsen in loondienst. Hun leidinggevenden zeggen te weinig managementinformatie te krijgen over de geleverde kwaliteit in hun gezondheidscentra. Het ontbreekt bijvoorbeeld aan regelmatige functioneringsgesprekken met huisartsen. Huisartsen worden nauwelijks geprikkeld om te reflecteren over de dagelijkse gang van zaken en de geleverde kwaliteit van zorg en service in de praktijk. De huisartsen waren het er unaniem over eens dat een stimulerende aansturing beter werkt dan het toepassen van sancties.
Verbetering
In een overeenkomst met de WHO verklaarde het Sloveense ministerie van volksgezondheid kwaliteitsbeheersing en verbetering in de eerste lijn tot een nationale prioriteit. In 2007 vroeg de WHO haar Collaborating Centre NIVEL hiervoor een kwaliteitsmanagementinstrument te ontwikkelen. Dit instrument is onder meer getest in twee regio’s in Slovenië. Het rapport biedt handvatten en gerichte aanbevelingen om de zorgkwaliteit in Slovenië beter te managen. De aanbevolen strategieën kunnen ook voor beleidsmakers en huisartsen in andere landen relevant zijn.
Of all GPs in Slovenia 86% are not interested in activities to systematically improve care. A clear national quality policy, further education for care managers and financial incentives for GPs could change the picture, as NIVEL research – done on the initiative of the World Health Organisation (WHO) – has shown. The results have been published in a WHO report.
No core activity
Quality improvement is not a core activity of the average Slovene GP. For instance, he or she hardly ever does any practice-based research and hardly ever consults a specialist. Structural quality audits are also conducted only to a very limited extent. A vast majority of GPs regularly uses clinical guidelines; however, these guidelines are often outdated and created without national coordination. When asked for the effects of quality improvement interventions, more than half of the GPs answered to expect these to result in higher expenditure and extra workload.
Employment
In Slovenia, most GPs are salary employed. Their managers say that they do not receive sufficient management information about the quality delivered in their health care centres. An example: there are no regular job performance interviews with GPs. GPs are hardly ever stimulated to reflect on their daily business and the delivered quality of care and service in practice. The GPs unanimously agreed that a stimulating leadership would be more effective to improve care than imposing sanctions.
Improvement
In an agreement with the WHO the Slovene Ministry of Health declared primary care quality management and improvement to be a national priority. In 2007, the WHO asked her Collaborating Centre NIVEL to develop a quality management instrument. This instrument, the Primary Care Evaluation Tool (PCET), has been tested in two regions in Slovenia. The report provides assistance and focused recommendations to improve managing care quality in Slovenia. The recommended strategies can also be relevant to policy makers and GPs in other countries.
No core activity
Quality improvement is not a core activity of the average Slovene GP. For instance, he or she hardly ever does any practice-based research and hardly ever consults a specialist. Structural quality audits are also conducted only to a very limited extent. A vast majority of GPs regularly uses clinical guidelines; however, these guidelines are often outdated and created without national coordination. When asked for the effects of quality improvement interventions, more than half of the GPs answered to expect these to result in higher expenditure and extra workload.
Employment
In Slovenia, most GPs are salary employed. Their managers say that they do not receive sufficient management information about the quality delivered in their health care centres. An example: there are no regular job performance interviews with GPs. GPs are hardly ever stimulated to reflect on their daily business and the delivered quality of care and service in practice. The GPs unanimously agreed that a stimulating leadership would be more effective to improve care than imposing sanctions.
Improvement
In an agreement with the WHO the Slovene Ministry of Health declared primary care quality management and improvement to be a national priority. In 2007, the WHO asked her Collaborating Centre NIVEL to develop a quality management instrument. This instrument, the Primary Care Evaluation Tool (PCET), has been tested in two regions in Slovenia. The report provides assistance and focused recommendations to improve managing care quality in Slovenia. The recommended strategies can also be relevant to policy makers and GPs in other countries.