Junior onderzoeker Farmaceutische Zorg en Zorg en Participatie bij Chronische Aandoeningen
Publicatie
Publicatie datum
Medicijntekorten bij jicht en angina pectoris: impact op zorggebruik en ervaringen van patiënten.
Terpstra, N., Vervloet, M., Kager, C., Hek, K. Medicijntekorten bij jicht en angina pectoris: impact op zorggebruik en ervaringen van patiënten. Utrecht: Nivel, 2025. 31 p.
Download de PDF
De laatste jaren steeg het aantal medicijntekorten in Nederland. Een medicijntekort ontstaat wanneer een geregistreerd geneesmiddel voor een duur van minstens 14 dagen niet of onvoldoende leverbaar is. Medicijntekorten kunnen grote gevolgen hebben voor patiënten, doordat zij moeten wisselen van medicijn wat verwarrend kan zijn voor patiënten en onjuist gebruik tot gevolg kan hebben, of doordat er voor hen geen alternatief middel beschikbaar is. Tot nu toe was er weinig bekend over de impact van tekorten op patiënten met betrekking tot het zorggebruik en ervaringen.
In 2023 waren er onder andere landelijke tekorten aan allopurinol (periode: 1 januari 2023 t/m 31 juli 2023), dat wordt voorgeschreven als onderhoudsbehandeling bij jicht, en aan alle verschillende nitraten die worden ingezet als aanvals- en onderhoudsbehandeling bij angina pectoris (periode: 1 mei 2023 t/m 31 december 2023). In dit onderzoek onderzochten we voor deze twee tekorten 1) of zij hebben geleid tot gezondheidseffecten, uitgedrukt in zorggebruik in de huisartsenpraktijk (contacten met de huisartsenpraktijk), en 2) wat de ervaringen van patiënten waren met deze tekorten. We onderzochten dit door het zorggebruik van patiënten bij de huisarts in kaart te brengen voor en tijdens de tekortenperiode. Hiervoor gebruikten we gegevens uit routinezorgdata van huisartsenpraktijken verzameld in Nivel Zorgregistraties Eerste Lijn. Daarnaast hielden we twee focusgroepen met patiënten die allopurinol en/of een nitraat gebruikten en een tekort hadden meegemaakt. Ook deden we een beknopte uitvraag onder apothekers naar hun perspectief op de impact van deze tekorten voor hun patiënten.
Beperkte impact op zorggebruik tijdens de tekortenperiode
In de periode dat er tekorten waren voor de hiervoor genoemde medicijnen zagen we geen veranderingen in het aantal contacten met de huisartsenpraktijk voor jicht of angina pectoris. Wel zagen we veranderingen in de voorgeschreven sterkte van geneesmiddelen en in toedieningsvorm. Zo waren er in de tekortenperiode minder patiënten met een voorschrift voor allopurinol, maar kregen patiënten met jicht – als zij allopurinol kregen voorgeschreven - vaker een hogere sterkte voorgeschreven dan voor de tekortenperiode. Ook kregen meer patiënten met jicht het tweedelijnsmiddel febuxostat voorgeschreven. Aanvalsmedicatie bij jicht, zoals prednisolon, werd niet vaker voorgeschreven tijdens de tekortenperiode. Bij angina pectoris werd in de tijd van tekorten minder vaak een nitraat uit de groep van aanvalsmedicatie voorgeschreven. Ditzelfde gold ook voor de groep langwerkende nitraten. Bovendien werden er – aan patiënten met tenminste één voorschrift van de langwerkende nitraten - vaker verschillende langwerkende nitraten voorgeschreven dan in dezelfde periode in 2022. Als we de verschillende nitraten apart bekeken, dan zagen we dat er vaker nitraatpleisters en nicorandil (beide langwerkende nitraten) werden voorgeschreven dan in 2022. Ook aan deze nitraten waren tekorten, maar de nitraat tekorten startten niet allemaal tegelijk. Dit laat zien dat er tijdens de tekortenperiode alternatieven zijn aangeboden aan patiënten. De groep mensen die we onderzochten kan verschillende gevolgen hebben ondervonden van het tekort. Sommige mensen hadden wellicht nog medicatie op voorraad, anderen kregen een alternatief, voor sommige was wellicht geen alternatief voorhanden. We keken in dit onderzoek naar de gehele groep en konden geen onderscheid maken tussen deze subgroepen. Hierdoor onderschatten we in dit onderzoek mogelijk de gevolgen van tekorten op het zorggebruik voor mensen die daadwerkelijk zonder medicijn kwamen te zitten.
Onrust en onzekerheid bij patiënten door tekorten
Uit de focusgroepen bleek dat de impact van de tekorten varieerde tussen de deelnemers. Enkele deelnemers ondervonden weinig hinder, terwijl anderen zowel negatieve fysieke als mentale gevolgen ondervonden. De ervaren spanning en onzekerheid werkten ook weer door in de fysieke klachten volgens de meeste deelnemers. De ervaringen van deelnemers met de mate waarin apothekers actief oplossingen zochten voor de tekorten en hierover met hen communiceerden verschilden sterk. De impact van tekorten voor de patiënt lijkt daarmee ook afhankelijk van de werkwijze van de apotheek. Ook apothekers observeerden impact op hun patiënten door de tekorten van allopurinol en nitraten. De vele wisselingen zorgden volgens hen voor meer verwarring, stress en onrust, en mogelijk meer fouten in de inname. Voor jicht leek er vaak wel een oplossing te zijn en bleek de noodzaak voor oplossingen wat lager te liggen dan voor angina pectoris, waar voor veel nitraten tekorten waren en alternatieven moeilijk te vinden, waardoor veel wisselingen ontstonden.
Conclusie
De medicijntekorten lijken over het algemeen niet geleid te hebben tot extra zorggebruik bij de huisarts van patiënten met jicht of angina pectoris. Dat neemt niet weg dat het voor individuele patiënten wel geleid kan hebben tot extra zorggebruik of een toename in gezondheidsklachten. Daarnaast zorgden de tekorten voor onrust en onzekerheid onder een deel van de patiënten en voor sommige deelnemers ook tot fysieke klachten. Verder ervaarden patiënten verschillen in wat er vanuit de apotheek qua mogelijke oplossingen werd aangeboden. De resultaten van ons onderzoek laten zien dat er behoefte is aan betere informatievoorziening en vroege signalering van mogelijke tekorten om de negatieve impact van medicijntekorten voor patiënten te beperken.
In 2023 waren er onder andere landelijke tekorten aan allopurinol (periode: 1 januari 2023 t/m 31 juli 2023), dat wordt voorgeschreven als onderhoudsbehandeling bij jicht, en aan alle verschillende nitraten die worden ingezet als aanvals- en onderhoudsbehandeling bij angina pectoris (periode: 1 mei 2023 t/m 31 december 2023). In dit onderzoek onderzochten we voor deze twee tekorten 1) of zij hebben geleid tot gezondheidseffecten, uitgedrukt in zorggebruik in de huisartsenpraktijk (contacten met de huisartsenpraktijk), en 2) wat de ervaringen van patiënten waren met deze tekorten. We onderzochten dit door het zorggebruik van patiënten bij de huisarts in kaart te brengen voor en tijdens de tekortenperiode. Hiervoor gebruikten we gegevens uit routinezorgdata van huisartsenpraktijken verzameld in Nivel Zorgregistraties Eerste Lijn. Daarnaast hielden we twee focusgroepen met patiënten die allopurinol en/of een nitraat gebruikten en een tekort hadden meegemaakt. Ook deden we een beknopte uitvraag onder apothekers naar hun perspectief op de impact van deze tekorten voor hun patiënten.
Beperkte impact op zorggebruik tijdens de tekortenperiode
In de periode dat er tekorten waren voor de hiervoor genoemde medicijnen zagen we geen veranderingen in het aantal contacten met de huisartsenpraktijk voor jicht of angina pectoris. Wel zagen we veranderingen in de voorgeschreven sterkte van geneesmiddelen en in toedieningsvorm. Zo waren er in de tekortenperiode minder patiënten met een voorschrift voor allopurinol, maar kregen patiënten met jicht – als zij allopurinol kregen voorgeschreven - vaker een hogere sterkte voorgeschreven dan voor de tekortenperiode. Ook kregen meer patiënten met jicht het tweedelijnsmiddel febuxostat voorgeschreven. Aanvalsmedicatie bij jicht, zoals prednisolon, werd niet vaker voorgeschreven tijdens de tekortenperiode. Bij angina pectoris werd in de tijd van tekorten minder vaak een nitraat uit de groep van aanvalsmedicatie voorgeschreven. Ditzelfde gold ook voor de groep langwerkende nitraten. Bovendien werden er – aan patiënten met tenminste één voorschrift van de langwerkende nitraten - vaker verschillende langwerkende nitraten voorgeschreven dan in dezelfde periode in 2022. Als we de verschillende nitraten apart bekeken, dan zagen we dat er vaker nitraatpleisters en nicorandil (beide langwerkende nitraten) werden voorgeschreven dan in 2022. Ook aan deze nitraten waren tekorten, maar de nitraat tekorten startten niet allemaal tegelijk. Dit laat zien dat er tijdens de tekortenperiode alternatieven zijn aangeboden aan patiënten. De groep mensen die we onderzochten kan verschillende gevolgen hebben ondervonden van het tekort. Sommige mensen hadden wellicht nog medicatie op voorraad, anderen kregen een alternatief, voor sommige was wellicht geen alternatief voorhanden. We keken in dit onderzoek naar de gehele groep en konden geen onderscheid maken tussen deze subgroepen. Hierdoor onderschatten we in dit onderzoek mogelijk de gevolgen van tekorten op het zorggebruik voor mensen die daadwerkelijk zonder medicijn kwamen te zitten.
Onrust en onzekerheid bij patiënten door tekorten
Uit de focusgroepen bleek dat de impact van de tekorten varieerde tussen de deelnemers. Enkele deelnemers ondervonden weinig hinder, terwijl anderen zowel negatieve fysieke als mentale gevolgen ondervonden. De ervaren spanning en onzekerheid werkten ook weer door in de fysieke klachten volgens de meeste deelnemers. De ervaringen van deelnemers met de mate waarin apothekers actief oplossingen zochten voor de tekorten en hierover met hen communiceerden verschilden sterk. De impact van tekorten voor de patiënt lijkt daarmee ook afhankelijk van de werkwijze van de apotheek. Ook apothekers observeerden impact op hun patiënten door de tekorten van allopurinol en nitraten. De vele wisselingen zorgden volgens hen voor meer verwarring, stress en onrust, en mogelijk meer fouten in de inname. Voor jicht leek er vaak wel een oplossing te zijn en bleek de noodzaak voor oplossingen wat lager te liggen dan voor angina pectoris, waar voor veel nitraten tekorten waren en alternatieven moeilijk te vinden, waardoor veel wisselingen ontstonden.
Conclusie
De medicijntekorten lijken over het algemeen niet geleid te hebben tot extra zorggebruik bij de huisarts van patiënten met jicht of angina pectoris. Dat neemt niet weg dat het voor individuele patiënten wel geleid kan hebben tot extra zorggebruik of een toename in gezondheidsklachten. Daarnaast zorgden de tekorten voor onrust en onzekerheid onder een deel van de patiënten en voor sommige deelnemers ook tot fysieke klachten. Verder ervaarden patiënten verschillen in wat er vanuit de apotheek qua mogelijke oplossingen werd aangeboden. De resultaten van ons onderzoek laten zien dat er behoefte is aan betere informatievoorziening en vroege signalering van mogelijke tekorten om de negatieve impact van medicijntekorten voor patiënten te beperken.