Publicatie

Publicatie datum

Monitor arbeidsmarkt gynaecologen: behoefteraming 2001-2015: tussenbalans 2003.

Velden, L.F.J. van der, Vugts, C.J., Hingstman, L. Monitor arbeidsmarkt gynaecologen: behoefteraming 2001-2015: tussenbalans 2003. Utrecht: NIVEL, 2004. 86 p.
Download de PDF
Een gemiddelde gynaecoloog zal in 2015 waarschijnlijk nog maar 37 uur per week werken. Nu is dat nog bijna 46 uur. Deze daling in werktijd komt vooral omdat men vaker in deeltijd wil werken. De daling wordt mogelijk gemaakt door de verwachte groei in het aantal gynaecologen. Daardoor blijft er toch genoeg tijd beschikbaar voor patiëntenzorg.
Dit blijkt uit een tussentijdse evaluatie van zorgvraag en zorgaanbod in de gynaecologische zorgverlening, uitgevoerd door het NIVEL in opdracht van de NVOG. De ontwikkelingen in vraag en aanbod van de gynaecologische zorg verlopen ongeveer zo als tot nu toe verwacht werd.
Voor de komende jaren lijkt het nog steeds verstandig om voor de zorgvraag rekening te houden met een iets dalend aantal patiënten (met name door het kleinere aantal bevallingen) en tegelijkertijd een kleine stijging in de tijd die per patiënt besteed wordt. De totale zorgvraag blijft daarmee ongeveer constant.

Wat het zorgaanbod betreft moet rekening gehouden worden met een stijging van het aantal gynaecologen van tenminste ongeveer 740 in 2003 naar 840 in 2010. Als vanaf nu ongeveer 40 assistenten per jaar worden opgeleid, wat volgens de NVOG gewenst is, dan zal het aantal gynaecologen oplopen tot 872 in 2015. Het aandeel vrouwelijke gynaecologen zal daarbij stijgen van 30% in 2003 naar 52% in 2010 en 64% in 2015.