Publicatie

Publicatie datum

Sporten en bewegen door mensen met een lichte verstandelijke beperking: belemmeringen en mogelijkheden.

Haarmann, A., Voss, H., Boeije, H. Sporten en bewegen door mensen met een lichte verstandelijke beperking: belemmeringen en mogelijkheden. Utrecht: Nivel, 2019. 48 p.
Download de PDF
Doel en vraagstelling
Het doel van het programma Grenzeloos actief is de match te verbeteren tussen de behoefte van sporters met een beperking en het sport- en beweegaanbod. Dit onderzoek naar mensen met een lichte verstandelijke beperking (LVB) is als kennisdienst uitgevoerd door het Nivel voor het programma Grenzeloos actief. Het doel van dit onderzoek was om zicht te krijgen op de mate waarin mensen met een LVB sporten en bewegen, wat zij precies doen en of dat aansluit bij hun behoeften. Ook onderzochten we welke knelpunten en stimulansen zij (hebben) ervaren.

Aanpak van het onderzoek
Het onderzoek bestaat uit twee onderdelen. In het eerste onderdeel zijn bestaande gegevens gebruikt uit surveyonderzoek met gestructureerde, mondelinge interviews met ruim tweehonderdvijftig men-sen met een LVB. In het tweede deel is een face-to-face focusgroep gehouden met mensen met een LVB aangevuld met enkele individuele interviews en een focusgroep met familieleden.

Resultaten
Uit het kwantitatieve onderzoek blijkt dat mensen met een LVB ongeveer even vaak sporten als men-sen in de algemene bevolking. Iets meer dan de helft (52%) van de mensen met een LVB sport mini-maal één keer in de week; in de algemene bevolking is dat 57%. Sporters met een LVB die lid zijn van een sportvereniging (48%), sporten veelal in een aangepast team of bij een speciale vereniging.
Uit het kwalitatieve onderzoek blijkt dat mensen met een LVB en hun familieleden sporten belangrijk vinden. De deelnemers doen vooral individuele sport- of bewegingsactiviteiten en sporten minder vaak in team- of competitiesporten. De meest genoemde reden om te sporten en bewegen is plezier en de bijdrage aan de psychische en lichamelijke gezondheid.
Ook al sporten mensen met een LVB vaak op aangepaste wijze, in de focusgroep blijkt dat ze het liefst meedoen in een reguliere groep of team. Dit vergroot het gevoel erbij te horen en iets te doen ‘net als anderen’. Mensen met een LVB verschillen in de mate van zelfstandigheid en begeleiding die nodig is bij sporten en bewegen. Bij begeleiding gaat het om de keuze voor een sport, om stimulering, maar ook om hulp bij het vervoer en het sporten zelf. Voldoende structuur en een fijne sfeer is voor deze doelgroep belangrijk. De deelnemers aan de focusgroepen hebben de ervaring dat deze begeleiding niet overal (voldoende) beschikbaar is.
Een laagdrempelig aanbod is een voorwaarde om te kunnen beginnen met sporten en bewegen. Als duidelijk is hoe het eraan toegaat bij de sport en hoe mensen met elkaar omgaan, verlaagt dat de drempel. Vanwege de meervoudige aandoeningen die de doelgroep vaak heeft, zijn ook fysieke drem-pels of een lange reistijd belemmerend. Zowel mensen met een LVB als familieleden hebben moeite om goede informatie te vinden over het sport- en beweegaanbod in de regio en over (financiële) ver-goedingen voor sport en vervoer.

Verbeterpunten
Het is belangrijk dat sportaanbieders open staan en mogelijkheden creëren voor mensen met een LVB zodat ze kunnen deelnemen aan reguliere sportgroepen of –teams. Zorgorganisaties voor mensen met een verstandelijke beperking kunnen het belang van sporten en bewegen uitdragen in hun beleid zo-dat ze mensen met een LVB en hun begeleiders ondersteunen en aanmoedigen. Het is belangrijk dat sportaanbod voor mensen met een LVB toegankelijk is en niet te ver weg.
Vanuit gemeenten is het wenselijk dat mensen met een LVB en familieleden weten welk aanbod er is en voor welke vergoedingen zij in aanmerking komen.

Conclusie
Mensen met een LVB ervaren enkele specifieke belemmeringen die ook vragen om specifieke oplos-singen. Het onderzoek draagt eraan bij dat verbeteringen tot stand komen door ervaringsdeskundigen mee te laten denken over oplossingen. Het beperkte aantal deelnemers aan de focusgroepen en de selectie hiervan, kan invloed hebben gehad op de bevindingen. Parallel is een onderzoek uitgevoerd naar sporten en bewegen door mensen met een motorische, visuele of auditieve beperking. (aut. ref.)