Publicatie

Verwijzen huisartsen die zelf meer verrichtingen uitvoeren minder?

Dijk, C.E. van, Verheij, R.A., Bakker, D.H. de. Verwijzen huisartsen die zelf meer verrichtingen uitvoeren minder? In: Abstractboek NHG Wetenschapsdag, 15 mei 2008, Rotterdam. Utrecht: Nederlands Huisartsen Genootschap, 2008. p. 14-15.
Inleiding: In het kader van de module Modernisatie en Innovatie (M&I) kunnen innovatieve verrichtingen worden gedeclareerd, alsmede verrichtingen waarvan gedacht wordt dat deze substituerend zijn voor verrichtingen in de tweede lijn. Het beoogde effect is een kwalitatief betere zorg en substitutie van de tweede lijn naar de eerste lijn. Huisartsen die veel M&I-verrichtingen declareren voor bepaalde diagnoses zullen bij een substitutie-effect minder doorverwijzen. Onderzoeksvraag: In hoeverre is er - gegeven een bepaalde ziekte - een verband tussen het percentage verwijzingen binnen een praktijk? We beperken ons hierbij tot de twee meest voorkomende diagnoses bij de longfunctiemetingen en chirurgische ingrepen. Methode: Gegevens zijn afkomstig uit medische dossiers van ongeveer 70 huisartsenpraktijken die deelnemen aan het Landelijk Informatie Netwerk Huisartsenzorg (2006 en eerste halfjaar 2007). Met behulp van lineaire multilevel-regressieanalyses wordt gekeken of het percentage verwijzingen geringer is naarmate er door praktijken meer M&I-verrichtingen worden gedeclareerd. Resultaten: Voorlopige resultaten suggereerden dat bij praktijken die bij de daarvoor in aanmerking komende diagnoses relatief vaak een chirurgische ingreep declareren, het aantal verwijzingen naar de medisch specialist geringer is. Dit verband wordt niet gevonden bij de longfunctiemeting. Beschouwing: Op grond van voorlopige resultaten lijkt bij chirurgische ingrepen het beoogde substitutie-effect plaats te vinden, maar bij longfunctiemetingen niet. Een mogelijk verband kan niet zijn gevonden doordat huisartsen de verrichting wel uitvoeren, maar niet declareren omdat zij hiervoor geen contract met de zorgverzekeraar hebben. Echter waarschijnlijk wordt door longfunctiemetingen geen bezoek aan de specialist voorkomen.